“Wat, hout? Je wilt een hek van hout? Zie ik eruit als een timmerman? Houten hekken hebben we niet hoor, ga maar ergens anders heen. Dahag.” Het is een antwoord dat een klant zomaar kan krijgen, als hij een willekeurig hekwerkbedrijf binnenloopt. En niet alleen bij hekwerk van hout. “Agrarisch- of wildgaas is rotspul om te zetten en de marges zijn laag, daar beginnen we niet aan,” hebben we hier op de redactie al vaak voorbij horen komen. Net als: “detectiehekwerk geeft veel te veel valse alarmen, daar krijg je alleen maar gezeur mee,” en “sierhekwerk doen we ook niet, want mensen die sierhekwerk bestellen, zeuren over ieder krasje.”
Wat hebben we dan nog meer? Gaas? “Welnee, da’s van vroeger.” High Security-hekwerk? “Doen we ook niet. Veel te veel gesjouw met zware gevangenismatten en aan de concertina haal je je handen open.” Geleiderails dan? “Ben je gek? Veel te saai, al die kilometers rechtdoor langs de Autobahn.” Blijft er nog iets over? Welke hekken zetten jullie dan wel? “Nou ehh, dubbelstaaf natuurlijk!”
We overdrijven een beetje. De gemiddelde hekwerker kan heus meer dan één type hekwerk zetten – en doet dat ook regelmatig. Maar het valt wel op, dat lang niet ieder hekwerkbedrijf alle soorten hekwerk in het programma heeft.
Dubbelstaaf, spijlenhekwerk en gaas kan eigenlijk iedereen wel. Waarbij het aantal monteurs dat nog goed gaashekwerk kan monteren wel steeds kleiner wordt. Insteekhekwerk bieden ook steeds meer hekwerkers aan, omdat de vraag ernaar zo hard groeit. Maar we kennen ook hekwerkers die vooral agrarisch- en wildgaas monteren en alle andere klussen aan zich voorbij laten gaan. Of die alleen houten schuttingen zetten. Of alleen sierhekwerk.
Soms is dat een hele bewuste keuze. Daar is op zich natuurlijk niets mis mee. Als je je specialiseert op één type en daar een echte professional in bent, komen de klanten uit de grote omtrek naar je toe en win je iedere klus op dat gebied omdat je de beste kwaliteit kunt leveren voor de beste prijs.
Maar vaak ook is het iets wat nu eenmaal zo gegroeid is, zonder dat je er echt bij hebt stilgestaan. Je hebt hekken leren zetten van je ploegbaas, dus je kunt de hekken zetten die hij kon zetten. Er is geen hekwerker die eerst naar de hekwerkschool geweest is, waar hij alle hekwerktypes leerde zetten die er maar bestaan – want die school is er niet.
En vervolgens ben je bij die hekwerktypes een soort van blijven hangen. Toen je eenmaal voor jezelf begon, waren dat de types die je aan je klanten aanbood. Je wist waar je die kon kopen en hoe je ze moest monteren. Je wist hoe lang het duurt om ze te monteren – en dus kon je ze calculeren.
Alles wat anders is, is moeilijk, lastig en soms ingewikkeld. Een klant die om een hekwerktype vraagt, dat je nog nooit gezet hebt, is lastig. Je moet op zoek naar een leverancier, je moet precies uitpuzzelen welk materiaal, welke accessoires en welke bevestigingsmaterialen je nodig hebt en vervolgens moet je gaan schatten hoe lang de montage duurt – en hopen dat je je niet hopeloos vercalculeert. Dus laat je het maar zitten en bedank je voor de klus.
Op zich allemaal heel logisch, maar tegelijk is het ook jammer. Als je een klant, die aan een simpel gaashek genoeg zou hebben, naar een dubbelstaafhek toe praat, omdat je geen monteurs hebt die een gaashek kunnen zetten bijvoorbeeld, dan moet die klant meer geld uitgeven dan nodig en is hij minder blij. Of hij gaat naar de concurrent en dan ben jij minder blij. Vooral als het een vaste klant is, die regelmatig hekwerk bij je bestelde en nu bij die concurrent blijft hangen.
En dat terwijl het vaak onnodig is, om nee te zeggen tegen een klant die een hek wil hebben, dat je nog niet in je programma hebt. Want in de kern is ieder hek gelijk. Je moet palen in de grond zetten en daar een vulling tegenaan of tussen maken. Het moeilijkste deel is het zorgen dat alle palen in lijn staan, op de goede hoogte en met de goede tussenafstand. Als je dat met stalen palen kunt, kun je het ook met houten palen, of betonnen palen, of aluminiumpalen. En andersom. Al het andere is bijzaak, daar komt alleen wat uitzoekwerk bij kijken.
En hoewel hekwerkers – bij gebrek aan hekwerkschool – vaak het idee hebben dat ze alles zelf moeten uitvinden en leren, valt dat in de praktijk heel erg mee. Wie durft te vragen, krijgt best veel antwoorden.
Producenten en andere leveranciers snappen best, dat niet iedere hekwerker alle hekwerktypes kan monteren. Ze vinden je niet stom, als je vraagt hoe je hun product moet monteren, of calculeren. Integendeel: ze zijn blij dat je het voor hen wilt verkopen en zullen je graag op weg helpen.
Verder zijn er meerdere Facebookgroepen waar hekwerkers in zitten. Als je daar lid van wordt, kun je collega’s om raad vragen. De meeste hekwerkers vinden het leuk om hun kennis met je te delen en zijn blij als ze een collega van dienst kunnen zijn.
En zelfs klanten kunnen je helpen. Als je ze eerlijk vraagt of je de montage op uurtarief mag doen, omdat je het hek dat je speciaal voor hun bestelt niet iedere dag monteert en dus geen ervaring hebt met de montagetijd, is de kans groot dat ze ja zeggen, omdat ze zien dat je je voor hen inzet.
Er komt wel een beetje doorzettingsvermogen bij kijken. Niets lukt de eerste keer, dat geldt eigenlijk voor alles in het leven. Maar hoe meer je probeert, hoe sneller je weet of en hoe ergens geld mee te verdienen valt. Hoe meer hekwerktypes je kunt zetten, des te meer klanten kun je bedienen. En des te beter een klant geholpen wordt, des te meer is hij bereid om daar een goede prijs voor te betalen.
Probeer het gerust eens uit – en stuur ons de foto’s van het eindresultaat, als het gelukt is. Vinden we leuk! <
Comments